History of Animal Rendering – Destructie part 4

What does The Olympic Wintergames in Sotsji and Surgery have in common?

Bones for skating Thousands of years BC had one already ice skates. And those ice skates were made of … … bones. Those were not only hard but also tough. Tougher than wood. Wood broke much easier. The best skates they made of the horses cannonbone. But also from other bones such as the ribs of cattle or deer were used. The bones were shaped in model made and smoothed. There were holes in made to tie on. And so they did with yet again another part of the animal: the tendons. They will not have achieved an Olympic record……

It was, moreover, more sliding and pushing forward with a prick stick. But on the ice it goes faster than walking. Furthermore, this “skating” initially was more a necessity for example at the winter hunt. Only much later, when the skates were all of iron, came the fun ice skating and the (Olympic) sport

Catgut in surgery and for music

In the tenth century in Arabia Al Zahrawi used catgut as the treath of internal stiches. Al Zahrawi is regarded as one of the first scholars in the medical field.

In the Western world, most with silk or cotton were used for that. Catgut came here only in the nineteenth century as suture. Catgut had a lot of advantages over other adhesive materials. Unlike silk and cotton catgut is digested by the body. Also today-despite the increasing use of plastics – catgut is often yet used for internal sutures.

2000 years BC, the Mesopotamians and ancient Egyptians had already some musical instruments, which were the forerunners of the lute and later of the violin. The strings of string instruments, were made of  the (dried) sheep intestines. Another old string instrument is the harp. This instrument was created when the people in prehistoric times started using their hunting bows as a musical instrument. Such a bow can have only one sound. In order to be able to make music they just used multiple arches. Later man made, especially for making music, so-called “bow harps”. A bow harp was an arc with multiple strings. And those strings were made of…………………. intestines.

Wat hebben Sotsji en hechtdraad gemeen?

Botten als achaatsen Duizenden jaren voor Christus had men al  schaatsen. En die schaatsen waren gemaakt van …… botten. Die waren niet alleen goed hard maar ook taai. Taaier dan hout. Hout brak veel gemakkelijker.  De beste schaatsen maakten ze van het pijpbeen van een paard. Maar ook van andere botten zoals de ribben van runderen of herten werden hiervoor gebruikt. De botten  werden in model gemaakt en geslepen. Er werden gaatjes in gemaakt om de “glissen” onder te binden. En dat deden ze met nog weer een ander deel van het dier: de pezen. Heel hard zullen ze wel niet gereden hebben. Het was overigens meer glijden en voortprikken met een prikstok. Maar op het ijs ging het harder dan lopen.

Overigens was dit “schaatsen” aanvankelijk meer een noodzaak bijvoorbeeld bij de winterse jacht. Pas veel later, toen de schaatsen al van ijzer waren, kwam het plezierschaatsen en de sport.

Darmen als hechtdraad bij operaties.

In de tiende eeuw gebruikte in Arabie door Al  Zahrawi darm als hechtdraad bij operaties. Al Zahrawi geldt als één van de eerste geleerden op medisch gebied.

In de Westerse wereld werd er meest met zijde of katoen gehecht. Hier kwam darm als hechtdraad pas in de negentiende eeuw ten tonele. Darm had veel voordelen ten opzichte van andere hechtingsmaterialen. In tegenstelling tot zijde en katoen wordt darm op den duur gewoon door het lichaam verteerd.

Ook tegenwoordig wordt – ondanks het toenemende gebruik van kunststoffen – voor inwendige hechtingen nog vaak darm gebruikt.

Darmen voor muziek.

2000 Jaar voor Christus hadden de Mesopotamiërs en de oude Egyptenaren al enige muziekinstrumenten, die de voorlopers waren van de luit en later van de viool. Het waren snaarinstrumenten, waarvan de snaren van (gedroogde) schapendarm werden gemaakt. Een ander oud snaarinstrument is de harp. Dit instrument is ontstaan toen de mensen in de prehistorie hun jachtbogen als muziekinstrument gingen gebruiken. Zo’n boog kan

maar één toon geven. Om toch muziek te kunnen maken gebruikte men gewoon meerdere bogen. Later maakte men, speciaal om hiermee muziek te kunnen maken, zo geheten “boogharpen”. Een boogharp was dan een boog met meerdere snaren. En die snaren waren gemaakt van  …………………. darmen.

Litt: Wikepedia en http://www.nijdam.com/nl/schaatsen/geschiedenis/geschiedenis-schaatsen.aspx

blog 2014 02 10 plaatje

Advertentie

history of Animal Rendering – Destructie part 3

 Use of animal byproducts in antiquity

Already in ancient times were created all kinds of objects of animal material, which was not eaten.  Partly this could happen for almost directly without any operation. Other materials required more processing

Bones

Roughly 9,000 years BC, the Chinese already made from bones simple flutes. The Vikings did that 6000 BC. Bones and antlers were also used to not only for making knife or dagger handles, combs, a kind of needles but man did make also jewels of out of it. The only necessary preprocessing of the bones and antlers was boning and cleaning it.

Horns and hooves

(Bovine) horns were already 2000 BC used for canisters, combs and as a nap to drink. Unlike bones, the use of horns required a necessary preprocessing.

A horn consists of two parts. The first is the horn core, which is is an outgrowth of the skull and is also of bone and has blood vessels through it. The horn core is surrounded by the keratenious horn sheath. Only this horn sheath is usable. Therefor the sheath at first should be separated from the core.  At first one left the entire horn a time soaking in water, by which the horn core releases the horn sheath and the sheath could be picked up.

To make a comb  the horn sheath should be straigtened into a flat sheet. Therefor at first the solid top of the horn was sawed off and then the remaining horn sheath be soaked in water, making him malleable. The sheath was slit lengthwise, straightened and finally pressed to a flat plate, of which for example a comb, spoons, or a cover for a box could be cut. From the solid top buttons were cut.

Horn consists of multiple layers. A thick plate horn could therefore been splitted up into thinner sheets. Similar operations were also done with the hooves.

Skins and leather.
Man did use hides and skins of animals all in the distant ancient times to protect themselves. In archaeological finds of almost all ancient civilizations are drawings or writings found, with leather objects like clothing or tents. So had the Assyrians 3000 years before Christ and the Sumeriers all leather shoes and leather cloths.

At the beginning man only dried the skins. After skinning the skin was stretched on a wooden frame and with scrapers the meat remains were removed of the skin.  Furthermore, the skin then just drying in the wind. By this the dry skins in cold weather became hard and stiff. In warm (and humid) weather they went rotten.

In order to keep the skins yet smoothly, after drying the ancient Assyrians rubbed the skin in with fat. Other peoples did this by chewing on the dried skins. Decay was in ancient times fought by smoking the skins over a fire. The skin was supple and went much slower putrefy.

Also man tanned already hides to leather. This happened with oak bark or with alum.
After removing the meat remains, the skins were put in a tub or in a pit. Multiple skins were the skins were piled up alternating with layers of oak bark. The tub or pit was further filled with an extract of oak leaf and oak bark in water called “run”. This tanning lasted several months. In this months both the bark as the run had to be regularly refreshed and the skins turned.

When one wanted to have leather witout hear, the skin became the first few days hanging in a closed space. The skin then began to rot where the hair is released. The hairs were scraped of the skin whereby it got completely smooth leather

.
To this day, is the principle of tanning stayed the same

Next time I will tell you what happened with other parts of the animal

Gebruik van dierlijk afval in de Oudheid

Reeds in de oudheid werden van het dierlijk materiaal, dat niet werd gegeten, allerlei voorwerpen gemaakt. Voor een deel kon dit nagenoeg rechtsstreeks zonder enige voorbewerking gebeuren. Andere materialen vereisten meer voorbewerking.

Beenderen

Zo’n 9000 jaar voor Christus maakten de  Chinezen uit botten al eenvoudige fluiten. De Vikingen deden dat 6000 voor Christus. Botten en geweien werden vroeg al ook gebruikt om er niet alleen mes- of dolkheften, kammen, een soort naalden van te maken maar ook sieraden. De enige  noodzakelijke voorbewerking van de botten en de geweien was het uitbenen en het schoonmaken ervan.

Horens en hoeven

(Runder)horens werden al 2000 voor Christus gebruikt voor kokertjes, als nap om uit te drinken en om er bijvoorbeeld kammen uit te maken. In tegenstelling tot botten, vereiste het gebruik van horens wel een noodzakelijke voorbewerking.

Een horen bestaat uit de “hoornpit” met daaromheen de “hoornschede” en alleen de hoornschede is bruikbaar en daarom de hoornschede eerst van de hoornpit worden afgehaald. De hoornpit is een uitgroei van de schedel en is van bot en er lopen ook bloedvaten doorheen. Men liet dan de gehele horen eerst een tijd in water weken, waarna de hoornschede van de hoornpit losliet en kon worden afgehaald. Om van een horen een kam te maken werd de hoornschede uitgebogen tot een vlakke plaat. De massieve top van de horen werd dan afgezaagd en vervolgens werd de hoornschede in water gekookt, waardoor hij vervormbaar werd. De schede werd in de lengterichting doorgesneden, uiteengebogen en tenslotte tot een vlakke plaat gedrukt, waaruit bijvoorbeeld een kam of lepeltjes, of een dekseltje voor een doosje konden worden gesneden. Uit de massieve top werden wel knopen gesneden. Hoorn bestaat uit meerdere lagen. Een dikke plaat hoorn kon daarom in dunnere platen worden. Vergelijkbare bewerkingen werden ook met de hoeven gedaan

Huiden en leer.

Huiden van dieren gebruikte de mens al in de verre oudheid om zich te beschermen. In archeologische vondsten van vrijwel alle oude beschavingen zijn wel tekeningen of geschriften gevonden, met leren voorwerpen, kleding of tenten. Zo hadden de Assyriërs 3000 jaar voor Christus al leren schoenen en de Sumeriers lederen kleding.

In het begin droogde de mens de huiden na het villen alleen maar.  De huid werd dan na het villen op een houten raam gespannen en met schrapers werden de vleesresten van de huid verwijderd. Verder liet men de huid dan gewoon in de wind drogen. Door dit drogen werden de huiden bij koud weer hard en stijf. Bij warm (en vochtig) weer gingen ze rotten. Om de huiden toch soepel te houden wreven de oude Assyriërs deze na het drogen in met vet. Andere volkeren deden dit door op de gedroogde huiden te kauwen. Bederf werd in de oudheid bestreden door de huiden te boven een vuur te “roken”. De huid werd dan èn weer soepel èn ging  veel minder snel rotten. Ook werden er toen al huiden tot leer gelooid. Dit gebeurde met eikenschors of met aluin. Na het verwijderen van de vleesresten kwamen de huiden in een kuip of een put. Meerdere huiden werden op elkaar gelegd met daar tussenin telkens een laag gemalen eikenbast. De kuip werd verder gevuld een aftrekstel van eikenblad en eikenbast in water de zogeheten “run”. Dit looien duurde dan enkele maanden. In deze maanden moesten zowel de bast als de run regelmatig worden ververst en de huiden gedraaid.

Wanneer men leer zonder haren wilde hebben, werd de huid eerst enkele dagen in een gesloten ruimte opgehangen. De huid begon dan te rotten waarbij de haren los lieten. De haren werden met een schraper en later met een haalmes van de huid afgehaald waardoor men geheel glad leer kreeg.

Tot op de dag van vandaag is het principe van het leerlooien gelijk gebleven.

De volgende keer meer over wat men met andere delen van het dier deed

Afbeelding

History of Animal Rendering – Destructie part 2

Animal Rendering, Equarrissage, Tierkörperverwertung

Last time I treated the – in the Netherlands mostly used – word destruction in the sense of animal rendering and the objections to this word. After all in animal rendering the material is not destroyed but it is converted into useful biofuels.

Which words do they use in the countries around Netherlands and where come these words come from?

Animal rendering
An international expression is the English term Animal rendering. Rendering was used for the first time in 1792 for the melting of fat from animal material. The word is derived from the Latin reddere or re-dare. Red is re, again or back and dare means give. Rendering means so basically giving back. And that is exactly what is happening in animal rendering. The offal gives (back) fat and proteins.
Also the term inedible rendering is used instead of animal rendering.

Furthermore, some of these processes are also used by the meat industry for making of good meat edible products for humans. In that case one speaks of edible rendering or more often of meatprocessing.

French: Équarrissage
the French équarrissage originally means the square making rough wood or stones. Equa means equal. French whalers called also it in hunks heels of whalecarcasses équarrir.
In 1878 this word was also used for skinning and in pieces parts of a dead horse. The Portuguese esquadriar, the Spanish escuadra and the Italian squadrare are related to the French équarrir.

German: Tierkörperverwertung or Tierkörperverarbeitung
I think the Germans with their Tierkörperverwertung have still the best expression for animal rendering. Verwertung means give added value or make useful. So give the Germans immediately in their word that condemned carcasses and meat are made to useful products. Tierkörperverarbeitung literally means the processing of animal carcasses.

Finally in Germany they also use the expression Tierkörperbeseitigung. Beseitigen originally means discarding. Later this was also removing.

Belgium: Vilbeluik
In Belgium was and is still used the old Flemish word vilbeluik. This word is a compound of the words villen (that means skinning)  and beluiken (that means to enclose or to fence). In the nineteenth century, in Belgium the word beluik is used for a dead-end street with tiny little working-class houses. These streets could be closed at night. Later got the word just the sense of a small enclosed area.

Vilbeluik is nothing but a previous marking of the enclosed area for the skinning (and the further processing) of dead animals.

By the way:
The past principle of beluiken is beloken. We still find this in Netherlands and Belgium in the ecclesiastical term Beloken Pasen. Beloken Pasen or Octave of Easter is the first Sunday or octave day after Easter. On that day is Easter week is enclosed.)

De vorige keer heb ik het in Nederland veel gebruikte begrip destructie in de betekenis van de dierlijk afvalverwerking en de bezwaren tegen dit woord behandeld. Bij het verwerken van dierlijk afval wordt dit materiaal immers niet vernietigd maar omgezet in vaste en vloeibare biobrandstof.

Hoe noemen ze dit in de landen rondom Nederland?

 Animal rendering Internationaal wordt hiervoor vaak de Engelse term Animal Rendering gebruikt. Rendering werd in 1792 voor het eerst gebruikt voor het smelten van vet uit dierlijk materiaal.  Het woord is afgeleid van het Latijnse reddere of re-dare.  Re is her,  weer of terug en dare is geven Rendering betekent dus eigenlijk teruggeven. En dat is precies wat er in de animal rendering gebeurt. Het dierlijk afval geeft vet en eiwit terug. Ook wordt in plaats van animal rendering ook wel de term inedible rendering gebezigd.

Overigens worden veel van de processen uit de animal rendering  niet alleen in de dierlijk afvalverwerking gebruikt. Ook de vleesindustrie past deze toe voor het uit goed vlees maken van voor de mens eetbare producten. In dat geval spreekt men van edible rendering of van meatprocessing

Frans: Equarrissage Het Franse équarrir betekent oorspronkelijk het vierkant maken van een ruw blok hout of een brok steen. “equa” is “gelijk” .  Franse walvisvaarders noemden ook het in hompen hakken van walvisdelen équarrir. In 1878 werd het woord gebruikt voor het villen en in stukken delen van een dood paard . Het Portugese esquadriar, het Spaanse escuadra en het Italiaanse squadrare zijn verwant aan het Franse équarrir.

Duits Tierkörperverwertung of Tierkörperverarbeitung Naar mijn mening hebben de Duitsers met hun Tierkörperverwertung nog het beste woord voor de dierlijk afvalverwerking. Verwertung is het meerwaarde geven aan of nuttig maken van. Dus in hun woord geven de Duitsers meteen aan dat kadavers en dergelijke weer tot nuttige producten worden gemaakt . Tierkörperverarbeitung betekent letterlijk het verwerken van kadavers

Tenslotte spreekt men in Duitsland ook wel van Tierkörperbeseitigung. Beseitigen betekent oorspronkelijk ter zijde leggen. Later werd dit ook verwijderen.

België: Vilbeluik. In Belgie werd en wordt nog steeds wel het oud Vlaamse woord vilbeluik gebruikt. Dit woord is een samenstelling van de woorden villen en beluik. Beluik is afgeleid van het oud Vlaams – Nederlandse woord luiken of beluiken dat afsluiten betekent. In de negentiende eeuw werd het woord beluik gebruikt voor een doodlopend straatje met piepkleine arbeiderswoninkjes. Die straatjes werden toen door fabriekseigenaren beschikbaar gesteld en konden ’s nachts worden afgesloten. Later kreeg het woord beluik alleen maar de betekenis van een afgesloten ruimte. Vilbeluik is dus niets anders dan een oude aanduiding van de afgesloten ruimte voor de vilderij.

(Het voltooid deelwoord van beluiken is beloken. Dit komen we in Nederland en Belgie nog tegen in de kerkelijke term beloken Pasen. Beloken Pasen is de eerste zondag of octaafdag na Pasen. Op die dag wordt de Paasweek afgesloten.)

Afbeelding

History of Animal Rendering – Destructie Part 1

 

Why do the Dutch the term “destruction” for both animal rendering aswell as destroying?

As you know is the rendering of cat.1 material not destroying it but processing it to usefull and harmless biofuels for by example powerplants.

The term “destruction” is derived from the Latin “destruere” what is composed from the prefis “de-“ and “struere”. The last means building up but with the prefix it means  te opposed   building down.

The Dutch uses the term destruction for animal rendering because it comes from the legislation of the 1920s about condemned meat, live-stock and carcasses. This legislations privided that this material has to be collected to make it non-hazardous and unfit for use as food or it had to be destroyed. This destroying had to be done only in special by law dictated ways by burning, burrial or in a chemical manner with acid or lye.

Making it non-hazardous and unfit for use as food is provided to be done in a “destructor”. Here the Dutch law bracketed together the term destroying and the term making non-hazardous and unfit for use as food. In the language of the people soon became used the word “destruction” for both destroying as well as animal rendering

The next time I will tell you about the words used for animal rendering in other languages.

Waarom is “destructie” eigenlijk een verkeerd woord voor het verwerken van afgekeurd vlees kadavers?

Hier in Nederland gebruiken we nog steeds het woord “destructie” voor het verwerken van  afgekeurd vlees en kadavers. Die worden helemaal niet (meer) vernietigd door ze zomaar te verbranden. Dit dierlijk afval wordt tegenwoordig omgezet in onschadelijke vaste en vloeibare biobrandstoffen voor bijvoorbeel energiecentrales of cementovens.  Het enige dat wel vernietigd wordt, zijn de ziekteveroorzakers en de rotting.

“Destructie” komt van het Latijnse “destruere”. Het is samengesteld uit het voorvoegsel “de-“ en het hoofdwoord “struere”.  “Struere” is “bouwen” of “maken”. Het voorvoegsel “de” maakt het geheel tot juist het tegenovergestelde.  “De-struere” is dus letterlijk eigenlijk “ont-bouwen” en weer omzetten in de samenstellende delen. Het bestaande woord  “weer afbreken” voldoet nog het beste.

Waarvan dan toch het woord “destructie” voor het omzettingsproces van afval naar brandstof?
Dat woord is afkomstig uit de Vleeschkeuringwet en de Veewet van de in de jaren twintig van de vorige eeuw. Daarin stond, dat afgekeurd vlees, vee en kadavers moesten worden verzameld, voor voedsel onbruikbaar en onschadelijk worden gemaakt of worden vernietigd.

Het vernietigen moest op voorgeschreven manieren gebeuren door verbranden, bewerken met zuur of loog of door met ongebluste kalk begraven na overgieten met met petroleum, carbol of teer.

Het onbruikbaar en onschadelijk maken moest door “destrueren”in een “destructor” gebeuren.

Vernietigen en onbruikbaar maken werden in deze wetten in één adem genoemd. In de volksmond werden al gauw niet alleen het onbruikbaar en onschadelijk maken maar ook het vernietigen van afgekeurd vlees en kadavers  “destructie” genoemd.

Welke woorden ze in andere landen hiervoor gebruiken en hoe het onbruikbaar en onschadelijk maken ging en nu gaat, vertel ik een andere keer.

Afbeelding